De marathon van Zeeuws-Vlaanderen met de Tandem t:slim X2

5 marathons, 5 HCL-systemen

17 jul 2025 –

Op 12 april liep diabetesverpleegkundige Gerald van den Hoek de marathon van Zeeuws-Vlaanderen; zijn eerste in een serie van geplande marathons waarin hij verschillende hybrid closed loop-systemen gaat testen. Gerald heeft diabetes type 1 en deelt zijn ervaringen met collega’s en andere mensen met diabetes. Deze marathon liep hij met het HCL-systeem Tandem t:slim X2 in combinatie met de Dexcom G7.

Lees hieronder het verslag van de dag.

Of ga direct door naar: Tips voor sporten met de Tandem t:slim X2

Een week voor de marathon pas ik het stressprofiel aan. Hierdoor krijg ik meer insuline omdat ik in voorbereiding op de marathon meer koolhydraten ga eten en bijna niet meer sport.  

  • Basaalstand op 1.0 E/U, gevoeligheid op 1.5-1.8 i.p.v. 2.0.
  • Gemiddeld ongeveer 50 E insuline per dag i.p.v. 35 in ‘normale’ weken

Ik ben niet zo heel erg van het KH-stapelen. Ik probeer gewoon goed en gezond te eten en waar ik normaal KH-arm brood eet, eet ik nu ‘gewoon’ brood en wat meer koekjes (lekker) en bananen. 

Nacht voor de marathon niet heel goed geslapen, toch enige spanning, ook vanwege de voorspelde warmte.

6:00 – opstaan met bloedglucosewaarde van 6 mmol/l, pannenkoeken bakken.

6:25 – verlengde bolus van 7.71 E, normale dosering voor drie pannenkoeken.

Het uur erna nog een verlengde bolus van 1.45 E om de stressfactor wat op te vangen.

Wekker gezet om 8:45 voor laatste bolus. Op dat moment is het nog 2:15 uur voor de start en dan wil ik uiterlijk mijn laatste insuline gehad hebben, om aan de start zo min mogelijk actieve insuline (IOB) in mijn lichaam te hebben.

7:00 – we rijden weg voor een rit van ruim twee uur naar Hulst, vanwaar de bus ons naar Terneuzen zal brengen. 

7:38 – automatische extra bolus van 0.21 E.

8:02 – zin om nog wat te eten, 50 KH ingevoerd (4.55 E). Even afwachten tot de bloedglucosewaarde gaat zakken.

8:36 – ongeduldig en nog geen zakkende lijn te zien, nogmaals 20 KH ingevoerd (1.82 E), ook omdat de laatste kans op een bolus is. 

Op dit moment ook het sportprofiel (0.1E/uur, correctiefactor 1:10) aangezet en activiteitenstand. Hierbij streeft de pomp naar 7.8 – 8.9 i.p.v. de normale 6.2 mmol/l.

09:35 – bloedglucosewaarde begint iets te zakken in de bus naar de start, het was even stressen, de parkeerplaats die we bedacht hadden blijkt gesloten te zijn en bij een volgende parkeerplaats werkt de kaartjesautomaat niet goed. In de bus een notenreep met 20 KH gegeten. 

Wel zin om nog wat meer te eten, maar lijkt nu nog niet de verstandigste keuze. Ik wil voorkomen dat ik te vroeg hoog uitkom en toch nog insuline moet toedienen voor de start.

Spannend ook, behalve het managen van glucosewaarden in bloed, zorgen voor voldoende glucose in de spieren, ook nog het managen van de vochthuishouding. 

Aangepast drinkplan i.v.m. hitte

Omdat het 25 graden is, gaat er enorm veel vocht en zout verloren met het zweten. Hierdoor moet ik niet alleen 50-60 gram KH per uur innemen zoals vooraf gepland, maar ook ongeveer 800-1000 ml extra vocht. Alleen water is niet voldoende. Ik zal ook sportdrank moeten nuttigen. Omdat ik niet zoveel sportdrank mee kan nemen, moet ik gebruikmaken van de sportdrank van de organisatie. Ik schat dat de sportdrank van de organisatie tussen de 5 en 7 gram KH bevat per 100 ml (beetje standaard voor sportdranken). En wil hier 600 ml (4 bekertjes = 42 gram KH) per uur van drinken. Op iedere 5 km is een drankpost. Dus iedere drankpost 2 volle bekertjes sportdrank en 1 volle beker water minimaal. 

10:30 – ik zie een daling tot rond de 8 mmol/l. Ik besluit dat het nu tijd is om even flink wat koolhydraten te gaan nuttigen die me hopelijk het eerste stuk van de marathon door gaan helpen en een hypo voorkomen. Omdat ik eerst nog even in de rij mag staan voor het toilet, is het uiteindelijk rond 10:40 voor ik kan eten.

Ik eet ruim 100 koolhydraten: anderhalve banaan, 1 knijpyoghurt en drink 500 ml sportdrank.

11.00 – ik START met een bloedglucosewaarde van rond de 7 mmol/l. Omdat ik weet dat ik weinig actieve insuline in mijn lichaam heb en net nog 100 KH gegeten heb, ga ik rustig rennen. In het startvak spreek ik nog even met iemand anders met een Omnipod op zijn arm.

11:30 (5 km) – bij de eerste drinkpost is de bloedglucosewaarde inmiddels gezakt naar 5. Ik maak me nog steeds niet veel zorgen. Bij post blijken de bekertjes maar half vol te zitten. Helaas neem ik hierdoor in de haast wat minder vocht dan nodig. → 225 ml ongeveer 14 KH.

Een kwartiertje na de eerste drinkpost krijg ik een alarm. HYPO! Ik raak niet in paniek, ik weet dat ik na 8:36 vrijwel geen insuline meer heb gehad, neem 2 gelletjes (totaal 65 KH).

Na een paar minuten gaat de bloedglucosewaarde alweer omhoog en kijk ik niet meer naar mijn bloedglucosewaarde, maar probeer te focussen op het lopen en de leuke mensen om mij heen. 

12:04 (11 km) – drinkpost. Geleerd van de vorige drinkpost gooi ik nu een paar bekertjes bij elkaar en drink 2 volle bekertjes met sportdrank, pak 4 stukken banaan en nog een beker water om het weg te spoelen. → 450 ml + 50 KH.

12:37 (16 km) – drinkpost, 2 volle bekers sportdrank en een beker water → 450 ml + 21 KH.

13:06 (21 km) – drinkpost, 2 volle bekers sportdrank en een beker water + 4 stukken banaan → 450 ml + 50 KH. Rond 25 km een extra gelletje genomen van 45 KH.

13:35 (27 km) – drinkpost. De warmte begint het nu een stuk zwaarder te maken. Mijn hardloopmaatje krijgt helaas te veel last van de hitte en moet stoppen. Door het afscheid net iets te weinig gedronken, 1 beker sportdrank + 1 beker water → 300 ml + 10 KH.

14:03 (32 km) – eerste drinkpost met ook cola. Omdat ik op dat moment aan het bellen ben met mijn hardloopmaatje om te checken of het goed gaat, vergeet ik voldoende te drinken: 1 beker cola, halve beker water en 2 stukken banaan→ 225 ml + 30 KH.

14:18 (34 km) – een paar lieve kinderen staan langs de kant van de weg met extra water: 250 ml gedronken.

14:31 (37 km) – drinkpost, beker cola, beker sportdrank en beker water: 450 ml + 25 KH.

14:41 (38,5 km) – extra drinkpost van de organisatie met alleen water: 2 bekers water: 300 ml. Ik kijk na wegrennen van de post voor het eerst in 2 uur weer op mijn pomp: 4.8 mmol/l: Nog een knijpfruitje van 15 KH voor de laatste kilometers.

14:56 (40 km) – laatste drinkpost. Ook hier cola (1 beker) en sportdrank (1 beker), 1 stukje banaan en een beker water op. → 450 ml + 30 KH.

15:10 – Finish! Met een bloedglucosewaarde van rond de 5 mmol/l! DORST! 500 ml water gedronken en op zoek naar een verkoelende douche!

Totaal: ongeveer 355 KH en ruim 3 liter gedronken. 

15:43 – 4 E ingegeven, ondanks nog lage waarde. Wetende dat ik altijd stijg na inspanning en na bijna 5 uur geen insuline te hebben gehad. 

16:24 Na het douchen lopen we rustig naar de auto waar ik een knijpyoghurt (20 KH) en een paar mergpijpjes (60 KH) eet. Dan op zoek naar een vette hap! 

Wat zou ik de volgende keer anders doen?

Wellicht voor start net iets minder bolussen, als de spanning wegvalt, werkt die insuline ook ineens hard. Eventueel wat eerder proberen te eten, zo vlak voor de start was in dit geval denk ik net 10 minuten te laat. 

Tips voor sporten met de Tandem t:slim X2

  • Gebruik de activiteitenstand, bij voorkeur al 1-2 uur vooraf. Hierbij streeft de pomp naar een bloedglucosewaarde van 7.8-8.9 mmol/l i.p.v. 6.2 mmol/l. De pomp vermindert of stopt de basale insuline ook eerder in de activiteitenstand. 
  • Maak een speciaal sportprofiel aan als alleen de activiteitenstand niet voldoende werkt. 
  • Verlaag de basaalstand hierin flink, maar let op! De basaalstand bij de Tandem wordt bepaald op basis van de bloedglucosewaarde, correctiefactor én dagdosering. Officieel hoorde ik in de instructie dat de maximale basaal 4x de ingestelde basaal kan worden. In de praktijk bleek bij een ingestelde basaal van 0.1 bij een stijgende bloedglucosewaarde >13 de basaal verhoogd te kunnen worden naar 0.7 E per uur. Dit lijkt misschien niet heel veel, maar kan voor het sporten toch te veel zijn. Als je ziet dat je aan het stijgen bent en weet dat je bijna gaat sporten kan het soms beter zijn om de toediening toch even helemaal te stoppen.
  • Als je de toediening stopt moet je een tijdsduur aangeven. Na deze tijd wordt de toediening niet herstart maar krijg je wel een alarm ter herinnering. 
  • Verhoog de correctiefactor in de sportstand. De precieze verhoging is uiteraard per persoon verschillend, maar in mijn geval 5x zo hoog (van 2 naar 10). Hierdoor krijg je ook maar kleine correcties als je toch hoog zit tijdens het sporten.
  • Helaas worden in de activiteitenstand de correcties per uur wel gegeven, met een aangepast doelbereik. Als je deze niet wil hebben, kun je vlak voor het sporten een zo klein mogelijke correctie (0.05 E) geven. Hierdoor weet je zeker dat je het uur erna geen correctie meer krijgt. 
  • Het is mogelijk om op verschillende tijdstippen een verschillend profiel aan te maken. Ga je bijvoorbeeld vaker in de ochtend sporten om 8 uur, dan zou je een speciaal profiel kunnen maken dat vanaf 6 uur in de ochtend al minder insuline afgeeft, zodat je zeker weet dat je met weinig IOB gaat sporten.

Luister ook naar de podcast Diabetes Open – aflevering 25 – april 2025 – Marathon uitdaging van diabetesverpleegkundige met type 1 Gerald van den Hoek – te beluisteren in je favoriete podcastapp.

Alles wat Gerald beschrijft zijn persoonlijke ervaringen en geen adviezen voor andere mensen met diabetes. Ieder persoon met diabetes is anders. Persoonlijke afstemming en begeleiding door diabetesverpleegkundigen blijft belangrijk.

Vorig bericht

Samen een sterk team: diabetesverpleegkundigen en verpleegkundig specialisten

Volgend bericht

DiabetesPro zoekt nieuwe redactieleden. Iets voor jou?